Belastingrente vennootschapsbelasting onevenredig hoog

Achtergrond

In het geschil bij de rechtbank ging het om een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2021. In deze voorlopige aanslag was 8% belastingrente berekend. De belastingplichtige vond dat het percentage onevenredig hoog was in verhouding tot de met de regel te dienen doelen.

Belastingrente is een rentevergoeding die door de Belastingdienst in rekening wordt gebracht als de (voorlopige of definitieve) aanslag hoger is dan de belastingplichtige tijdig heeft geschat of aangegeven. Sinds 2022 is het minimale percentage belastingrente voor de vennootschapsbelasting 8%, sinds 2024 zelfs 10%. Voor andere belastingen was dit percentage in 2022 4% en inmiddels 7,5%.

Oordeel rechtbank

De rechtbank toetste de regeling voor de belastingrente (het Besluit belasting- en invorderingsrente) aan het evenredigheidsbeginsel. Bij een toetsing aan dit rechtsbeginsel toetst de rechter of de regelgever bij de afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot de betrokken regel heeft kunnen komen.

De rechtbank verklaarde de belastingrenteregeling onverbindend en verlaagde de belastingrente in dit geval naar 4%, zoals partijen waren overeengekomen.

Gevolgen

Doordat de rechtbank de belastingrenteregeling onverbindend heeft verklaard, kunt u in verweer komen tegen de belastingrente die vanaf 1 januari 2022 over een aanslag vennootschapsbelasting aan uw onderneming in rekening is gebracht. U kunt dan verzoeken om de belastingrente te verlagen.

Als belastingrente in rekening is gebracht op een definitieve aanslag vennootschapsbelasting is het van belang om binnen zes weken na dagtekening van de definitieve aanslag bezwaar te maken. Als belastingrente in rekening is gebracht op een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting is het van belang om een verzoek tot herziening van de voorlopige aanslag in te dienen binnen zes weken na dagtekening van de definitieve aanslag.

Overigens moet worden opgemerkt dat het de verwachting is dat deze procedure een vervolg krijgt in hoger beroep. Hierdoor zou de uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland weer ongedaan gemaakt kunnen worden. Om aanspraak te kunnen maken op een eventuele verlaging van belastingrente is het wel van belang om nu in bezwaar te gaan.

Daarnaast is van belang dat de rechtbank uitspraak heeft gedaan over de belastingrenteregeling zoals die in 2022 van toepassing was. Sinds 2024 is de hoogte van de belastingrente voor de vennootschapsbelasting niet meer gebaseerd op de wettelijke rente voor handelstransacties. Daarnaast is de belastingrente voor andere belastingen inmiddels 7,5%. Onduidelijk is daarom hoe de rechter aankijkt tegen de belastingrente vanaf 1 januari 2024.

Heeft u vragen over de gevolgen van deze uitspraak voor uw onderneming? Neem dan contact op met uw Forvis Mazars belastingadviseur.

Bron: Rechtbank Noord-Nederland, 7 november 2024, nr. 23/5244, ECLI:NL:RBNNE:2024:4361.