De fiscale gevolgen van een vaste inrichting

22 januari 2018 - Bij Nederlandse transport- en logistiekondernemingen die activiteiten verrichten in het buitenland komt regelmatig de vraag op of er sprake is van een vaste inrichting. De definitie van vaste inrichting heeft recentelijk nieuwe ontwikkelingen doorgemaakt. Graag informeren wij u over deze ontwikkelingen en over de fiscale gevolgen van een vaste inrichting.

Definitie vaste inrichting en fiscale gevolgen

In Nederland gevestigde transport- en logistiekondernemingen zijn belastingplichtig in Nederland. Dit geldt ook wanneer zij in het buitenland activiteiten verrichten. Mogelijk is er echter in het andere land sprake van een vaste inrichting. Een vaste inrichting is een onzelfstandig onderdeel van een Nederlandse onderneming, waarmee activiteiten in het andere land worden verricht. Een buitenlandse vaste inrichting is in Nederland vrijgesteld van belastingheffing.

Van een vaste inrichting is sprake wanneer de buitenlandse activiteiten een zekere omvang en duurzaamheid hebben bereikt. Een buitenlandse activiteit kan bijvoorbeeld een buitenlandse vestiging van een Nederlandse onderneming zijn. In het algemeen is slechts sprake van een vaste inrichting als de Nederlandse onderneming in het andere land beschikt over een fysieke constructie (zoals een kantoor) om haar activiteiten in uit te oefenen. Ook kunnen bepaalde bouw- en constructiewerkzaamheden (bijvoorbeeld een bouwproject dat langer dan twaalf maanden duurt) en vaste vertegenwoordigers worden aangemerkt als een vaste inrichting. Een vaste vertegenwoordiger heeft de bevoegdheid om namens een buitenlandse onderneming in Nederland overeenkomsten af te sluiten. 

Een vaste inrichting is normaal gesproken belast in het land van de vaste inrichting. Het land waar de onderneming is gevestigd, die een vaste inrichting in een ander land heeft, kan een vrijstelling verlenen. Nederland verleent in beginsel de objectvrijstelling. Hierbij worden alle resultaten van de vaste inrichting uit de winst van de Nederlandse onderneming verwijderd. Zo zal Nederland de objectvrijstelling verlenen, wanneer een Nederlandse transport- en logistiekonderneming een distributiecentrum in het buitenland heeft en het distributiecentrum op basis van het verdrag een vaste inrichting vormt.

Recente ontwikkelingen betreffende de definitie van een vaste inrichting

De definitie van vaste inrichting is recentelijk aan ontwikkelingen onderhevig. Landen zagen dat internationale bedrijven door middel van kunstmatige constructies in staat waren om de aanwezigheid van een vaste inrichting te omzeilen. Hierdoor mocht het land van de vaste inrichting niet heffen over de aldaar behaalde winsten. Om deze kunstmatige constructies te voorkomen, kunnen landen ervoor kiezen om een nieuwe definitie van het begrip vaste inrichting op te nemen in verdragen. Deze nieuwe bepaling moet het kunstmatig omzeilen van een vaste inrichting tegengaan. Wanneer beide verdragslanden ervoor kiezen om de definitie van het begrip vaste inrichting aan te scherpen, is (daarmee) het verdrag tussen beide landen aangepast. Naar verwachting wordt hierdoor een groot aantal verdragen aangepast.

Meer informatie?